2018 - 2020
Meerjaren
Samen
willen
groeien
Open en toekomstgericht, dat is ons meerjarenbeleidsplan voor 2018-2020. Onze visie op verloskunde en onze ambitie als het gaat om onderwijsvernieuwing en academisering vormen de lijnen waarlangs wij bewegen. Daarbinnen creëren we de ruimte om te experimenteren, te innoveren en op zoek te gaan naar de verbinding.
We laten ons niet verleiden positie te kiezen. We zijn mét elkaar verantwoordelijk voor de geboortezorg. Samen willen groeien. In die overtuiging leiden wij onze studenten op tot de professionals en verloskundig leiders van de toekomst.
En vanuit deze overtuiging presenteren wij u graag de 7 thema’s van ons beleidsplan en onze doelstellingen voor 2018-2020.
De cliënt staat centraal in
ons denken & doen.
Om steeds beter aan te kunnen sluiten bij de behoeften van vrouwen, blijft de verwetenschappelijking van ons vakgebied prioriteit. Voortdurend onderzoek naar de inhoud en kwaliteit van de verloskundige zorg (midwifery science) is nodig met het oog op toepassing in de praktijk, maar ook om de fundamentele of epidemiologische basis van ons vak te blijven onderzoeken.
De complexiteit van de geboortezorg is sterk toegenomen. Dit vraagt om verloskundigen die beschikken over het vermogen de wetenschappelijke kennis uit zowel hun eigen vakgebied als kennis uit aanpalende vakgebieden te gebruiken met het doel de zorg aan zwangeren en hun omgeving te verbeteren. AVAG streeft in haar onderwijs naar het maximaal stimuleren van de academische vorming van haar studenten en ontwikkelt in samenwerking met VUmc en UMCG een master Verloskunde om de beroepsgroep te voorzien van wetenschappelijke kennis.
Midwifery Science is ondersteunende zorg aan vrouwen die hen in staat stelt zwanger te zijn en een kind te krijgen op een manier die het beste bij hen past. Deze zorg helpt vrouwen bij het maken van keuzes, samen met degenen die hen na staan, die aansluiten bij hun individuele en culturele waarden.
Preventie
In de geboortezorg verschuift de aandacht van de behandeling van complicaties naar het voorkomen van complicaties. AVAG blijft in haar onderwijs en onderzoek een bijdrage leveren aan deze zowel individuele als collectieve preventie voor een gezonde start van de zwangerschap en het leven. Naast deze preventie wil AVAG ook een bijdrage leveren aan de kennisontwikkeling over de invloed van zwangerschap en zwangerschapscomplicaties op de gezondheid van vrouwen en hun kinderen, ook in hun latere leven.
Continuïteit
AVAG zet zich in voor geboortezorg waarbij de zwangeren en haar omgeving centraal staan. Deze zorg kenmerkt zich door continuïteit van zorg en zorgverlener, zorg dicht bij huis en demedicalisering; dat wil zeggen het voorkomen van onnodige medische interventies. De eigen regie van de zwangeren wordt hierbij ondersteund.
In de praktijk werken we toe naar meer geïndividualiseerde zorg, 1:1 begeleiding onder eigen regie, midden in de wijk en gebruikmakend van nieuwe technologie.
De verloskundige toont haar verloskundig leiderschap niet alleen in de uitoefening van haar werk, maar ook als volwaardig gesprekspartner en innovator in interprofessionele samenwerkingsverbanden. Daarbij is intensieve samenwerking met andere (internationale) professionals én cliënten zelf essentieel.
De ontwikkelingen in de geboortezorg vragen om verloskundigen die innoveren, de belangen van cliënten zowel individueel als collectief behartigen en een bijdrage leveren aan de brede ontwikkeling van de geboortezorg. AVAG besteedt hier zowel in het bacheloronderwijs als in het masteronderwijs veel aandacht aan. Hiernaast draagt de onderzoeksgroep Midwifery Science bij aan innovaties in de geboortezorg door onderzoek te doen naar de effecten van de huidige (organisatie)veranderingen in de geboortezorg.
Doelstellingen:
- Ons onderzoek en onderwijs dragen bij aan goede ondersteunende zorg aan vrouwen die hen in staat stelt zwanger te zijn en een kind te krijgen op een manier die het beste bij hen past. Deze zorg helpt vrouwen bij het maken van keuzes, samen met degenen die hen na staan, die aansluiten bij hun individuele en culturele waarden.
- Wij nemen cliëntparticipatie serieus en geven hier concreet inhoud aan in onderzoek en onderwijs. In het onderzoek continueren we de inbreng van de Geboortebeweging en maken we een gezamenlijke kennisagenda met Geboortebeweging. In het onderwijs geven we cliëntparticipatie een structurele adviserende positie.
- We leiden op voor verloskundig leiderschap, en laten dit leiderschap als academie ook zien. Bijvoorbeeld door: via nascholing verloskundigen toerusten voor de veranderende geboortezorg, onze leidende rol in de regionale consortia, door in de VSV’s en consortia innovaties in de geboortezorg op de agenda te zetten, en door onze adviezen aan midwifery-led care klinieken.
- We hebben een wetenschappelijke master Verloskunde aan VUmc en aan het UMCG, die wordt gevolgd door minimaal 20 verloskundigen per jaar, met het perspectief op groei naar meer.
- We dragen bij aan een duurzame, toekomstbestendige opbouw binnen de verloskundige beroepsgroep en geven mede vorm aan interprofessionele samenwerking in het gehele domein van de geboortezorg. Daarbij horen coaches voor startende verloskundigen, erkende opleiders in de geboortezorg en verloskundige onderwijs- en onderzoeksverbanden (VOOV’s).
Voor de toekomst van AVAG blijft de academiseringsmissie van kracht. We maken ons hard voor institutionele vernieuwing. Wat ons betreft best of both: hbo + wo. Een beroepsopleiding op academisch niveau, zo zien wij de rol van AVAG in de toekomst. Die strategie gaan we de komende jaren verder invullen. Samen!
“Bij de verdere uitwerking van de mbo-samenwerkingsschool kijk ik goed naar de mogelijkheid van de vorming van een samenwerkingsinstituut, zoals dit mogelijk is in het hoger onderwijs. Een voorbeeld hiervan is de Academie Verloskunde Amsterdam Groningen (AVAG).”
Bussemaker, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap – 2014
“Ook in de geboortezorg gaan steeds meer taken van de gynaecoloog naar de verloskundige. En niet andersom. Ik verwacht daardoor juiste een sterkere positie van de verloskundige in plaats van een zwakkere.”
Schippers, minister van VWS – 2016
“Met een mastertitel voer je het vak niet per se beter uit, maar als masteropgeleide sta je steviger in je schoenen wanneer het aankomt op beleid maken, de samenwerking en soms ook discussie met andere professionals in de geboortezorg.”
Anneke Wolterink, verloskundige
“Zelfstandig klinisch redeneren vereist een academisch denk- en werkniveau: kritische reflectie, wegen van klinische verschijnselen, wetenschappelijke kennis en voorkeuren van patiënt (EBM!) om tot een gewogen beleid te komen, zowel in de diagnostische fase als in de beleidsfase. Academisering is noodzakelijk voor de onderbouwing van het verloskundig handelen d.m.v. wetenschappelijk onderzoek, het bijdragen aan de ‘body of knowledge’ voor het vak.”
Henriëtte van der Horst, AVAG Raad van Bestuur
“Een volwaardige academische opleiding is nodig om de positie van de verloskundige sterker te maken. Het Nederlandse gezondheidssysteem zal er baat bij hebben als we een verloskundige hebben die voldoende academische vaardigheden bezit om de brede analyse te doen die nodig is om de vaak complexere zwangere situaties aan te kunnen. En die op gelijk niveau het debat aan kan met gynaecologen. Het is wenselijk om de situatie van de zwangere totaal in beeld te hebben, zowel de medische als de sociale risico’s. En die komen uit die 2 beroepsgroepen voort: de verloskundige als generalist en de gynaecoloog als specialist en die twe moet je samenbrengen.”
Prof. dr. Koos van der Velden, RadboudUMC
“Voor mij is de meerwaarde van een academisch opgeleide verloskundige dat zij op basis van uitstekende kennis een goede diagnose kan stellen en risico’s kan monitoren, maar juist heel kritisch is en blijft in het doen van interventies, net zoals zij dat nu ook al is.”
Prof. dr. Joris van der Post, AMC
“Wat zo goed is aan de zorg voor zwangeren in Nederland, is de waarde die we hechten aan een zo normaal mogelijke (fysiologische) zwangerschap en geboorte. De verloskundige staat borg hiervoor. Om onze zorg zo te houden, wordt van een verloskundige veel gevraagd, en meer dan vroeger. Twee zaken springen er wat mij betreft uit: 1) een kritische houding en een zelfbewuste, open en actieve samenwerking met anderen op basis van wetenschappelijke kennis; 2) innovatie op het terrein van de preventie en de samenwerking met het sociaal domein. Een academische opleiding bachelor en masteropleiding bereidt verloskundigen voor op haar zo belangrijke rol in onze geboortezorg. En waarom academisch? Door de nadruk die we in zo’n opleiding kunnen leggen op een wetenschappelijke houding en wetenschappelijke kennis, niet alleen instrumenteel, maar door vanuit verschillende kennisdomeinen te reflecteren en te komen tot wezenlijke open vragen en nieuwe antwoorden.”
Gea Vermeulen, directeur AVAG
“Mijn academische opleiding heeft mij in staat gesteld om steviger in mijn schoenen te staan, zelf regie te kunnen nemen, bij risicoselectie wetenschappelijke argumenten aan te leveren, de betreffende literatuur bij te houden en te kunnen interpreteren.”
Verloskundige
“Academisering van de opleiding voor verloskundigen is ontzettend belangrijk voor vrouwen. De meeste vrouwen die zwanger zijn gewoon gezond, dat is de grootste groep. In de Academische onderzoekscentra van de ziekenhuizen wordt veel onderzoek gedaan naar zieke vrouwen en “wat als het mis gaat”. Daardoor wordt het beeld gecreëerd in de wetenschap dat er alleen maar dingen misgaan. Terwijl voor het grootste deel van de geboortezorg, de dingen goed gaan, en daar zou ook onderzoek naar moeten worden gedaan. Net als bij huisartsen, waar ook wordt gekeken, naar hoe mensen zo gezond mogelijk kunnen leven. Het is van het grootste belang dat de verloskundigen die vrouwen begeleiden in de zwangerschap, onderwijs krijgen op basis van de laatste stand van de kennis. Als dat alleen maar uit de Academische ziekenhuizen komt, dan gaat dat onderwijsmateriaal vooral over wat er allemaal mis kan gaan, terwijl verloskundigen, net als huisartsen, er juist voor zijn om gezondheid te bevorderen, en zich te richten op hoe de ervaring van de zwangerschap en de bevalling zo positief mogelijk kan worden. Daarom is de academisering van de verloskunde van het grootste belang voor vrouwen en het zou een prioriteit moeten zijn voor het ministerie van OC en W.”
Dr. mr. Anniek de Ruijter, voorzitter van het Clara Wichmann fonds
Doelstellingen:
- De accreditatie van 2019 onderstreept de kwaliteit van de bachelor, met een beoordeling Goed en toekenning van het bijzonder kenmerk voor wetenschap en academische vorming.
- Ons onderzoek heeft maatschappelijke impact. We zijn vaste adviseur van ZonMw. We zijn gegroeid naar > 20 fte waarvan 25% bekostiging uit externe middelen. We hebben continu minimaal 14 promovendi en 2 à 3 promoties per jaar. We hebben één Europees onderzoeksproject verworven.
- We hebben een beste passende en innovatieve juridische vorm gevonden die past bij de inhoudelijke ambities van AVAG. We koesteren onze partners VUmc, UMCG en Inholland, en breiden de samenwerking met hen uit.
- We hebben een duurzame gemeenschappelijke toekomstagenda samen met de collega-verloskundeopleidingen en de KNOV. We hebben volledige academisering alsgezamenlijke stip op de horizon voor 2025 en werken hier consequent naar toe.
Onze studenten
leiden we op tot hoog gekwalificeerde professionals. In onze opleiding willen we ze de handvaten geven om het maximale uit zichzelf te halen. We sturen op intrinsieke motivatie: een écht goede verloskundige willen worden.
Ons curriculum
gaan we verder vormgeven. Niet opnieuw ontwerpen, maar voortbouwen. Voortdurend verbeteren en doorontwikkelen met de nieuwste inzichten en samen met onze studenten. Met de AVAG-dagen hebben we daar een eerste aanzet toe gegeven. Dit leverde een rijke oogst op aan ideeën, waarmee we al volop aan het werk of aan het experimenteren zijn.
Tessa
Student
Amsterdam
2:12
Hoe worden studenten betrokken bij onderwijsvernieuwing binnen AVAG?
Wilma
Opleidingsmanager Amsterdam
6:03
Hoe werkt AVAG aan het vernieuwen van haar onderwijs?
Ons onderwijs
krijgt drie duidelijke speerpunten: autonomie, verbinding en competent voelen. Verloskundige is een zeer autonoom beroep, daar moeten we onze studenten gerichter op voorbereiden. Tegelijkertijd ben je als verloskundige steeds in verbinding met je netwerk. Je maakt onlosmakelijk onderdeel uit van de gemeenschap van geboortezorg. En dat begint al op de academie. Je competent gaan voelen is daarbij cruciaal. In de opleiding betekent dat ook fouten mogen en durven maken. Weten: dit kan ik al en dit moet ik nog leren. Dat vraagt om openheid en ruimte voor nuance. Ook dat is samen willen groeien.
Doelstellingen:
- We stimuleren de motivatie van onze studenten door in ons onderwijs te voldoen aan de drie psychologische basisbehoeften: verbondenheid, competentie en autonomie.
- We bewaken alert en actief dat onze studenten hun stagedoelen kunnen blijven behalen, ook in een veranderende geboortezorg.
- We leggen in ons onderwijs de verbinding met het sociaal domein en leiden studenten ook op voor de sociale verloskunde.
- We passen ons curriculum aan via kleine maar effectieve stappen die aansluiten bij hoe studenten en onze omgeving veranderen.
Grow with
the flow
Digitalisering heeft de komende jaren prioriteit. We willen ons curriculum actueel houden, onderwijsvernieuwing snel kunnen doorvoeren. Daarnaast willen we onze lessen flexibel kunnen aanbieden, niet gebonden aan tijd en plaats. Dat is noodzakelijk voor het toegankelijk én betaalbaar houden van ons onderwijs. Deze transitie is al volop in gang gezet, en zal door het stellen van concrete doelen een flinke boost krijgen de komende jaren.
Flipped
classroom
Met gebruik van digitaal materiaal (filmpjes en toetsen) kun je thuis de stof bestuderen zodat we die in de klas meteen kunnen toepassen in opdrachten. Dezelfde stof, maar precies andersom aangeboden en daarmee veel effectiever.
Digitale
toetsbank
Voor de Landelijke Voorgangstoetsen maken we, samen met de andere opleidingen, gebruik van een digitale toetsbank.
Coaching op afstand
Docenten voeren SLC-gesprekken (studieloopbaancoaching) en doen ook supervisie met studenten via Skype Business.
Doelstellingen:
- We vervlechten blended learning zichtbaar in ons onderwijs. We hebben een digitaal platform waarop studenten colleges kunnen (terug) kijken en met elkaar kunnen discussiëren en werken.
- Binnen ons ondersteunend personeel zijn er experts in onderwijslogistiek die gebaseerd is op blended learning, autonomie en verbondenheid en de ICT die dat ondersteunt.
- Onze docenten hebben zoveel kennis van de huidige en toekomstige ICT-mogelijkheden in het onderwijs, dat zij hiervan gretig en op een gemakkelijke manier gebruik maken.
Professionals van de toekomst
In de beweging naar academisering is professionalisering van onze docenten essentieel. Netwerken nemen in het universitaire leven een grote plek in.
In gesprek met Ank
Senior onderzoeker
Coördinator Midwifery Science
Verloskundige
De academische werkplaats vraagt om verbinding: tussen docenten, onderzoekers en experts uit de praktijk. En dus om een veranderende rol voor onze docenten richting de toekomst: geschakeerder, rijker. Omschakelen? Ja, dit zal onze tweede natuur moeten worden.
Maar het past ons beter dan we denken. Als team werken we al vanuit deze ambitie. Daarin staan we steeds steviger naar buiten toe. En een aantal van onze docenten beweegt zich inmiddels moeiteloos in deze nieuwe wereld. Ze zijn onze ambassadeurs en de inspirerende rolmodellen voor onze studenten.
Doelstellingen:
- We stimuleren groei van het masteropgeleide docenten in de opleiding van 90% nu naar 95% straks.
- We hebben blijvend de financiële middelen vrijgemaakt om per jaar 2-3 nieuwe promovendi te laten starten. Daarmee groeien we naar 35% gepromoveerde docent-onderzoekers in 2020 en naar 40% in 2023.
- Onze docenten en onze ondersteuning leren ook op een informele manier van elkaar, via de intervisie, door inspirerende collega’s en externe boegbeelden.
- We hebben een structurele overeenkomst met afdelingen van VUmc en UMCG voor gastdocenten die zich intrinsiek betrokken voelen bij onze opleiding.
- Docenten beschikken over de didactische achtergrond om aan te sluiten bij de leerstijl van studenten van nu en straks.
- We hebben experts op diverse terreinen in het hoger onderwijs zoals problem-based learning, blended learning en toetsing.
- We hebben experts in de verloskunde zoals organisatie van zorg en value based health care, veerkracht van zwangere vrouwen en prenatale counseling.
Werelds
werk
Leren van én met elkaar.
Let’s grow together. And enjoy it!
Claartje, Noortje en Joyce brengen bezoek aan regionaal ziekenhuis in Hering
Docent en onderzoeker Elke wint prestigieuze onderzoeksprijs op het congres van de International Confederation of Midwives (ICM)
Docent Anneke en Jolanda in Colombia
Laura’s New Zealand experience
Gedachten en verslagen van verloskundestudent Eline
Docent Jolanda in Colombia
Docentenuitwisseling met Karolinska Instituut met als een van de doelen het ontwikkelen van een joint course.
Doelstellingen:
- Internationalisation@home heeft een zichtbare plaats in ons curriculum, en komt terug bij de eindkwalificaties, studiepunten en modules.
- 20% van alle studenten doet een verloskundige stage in het buitenland
- 20% van alle studenten doet een stage public health in het buitenland.
- We hebben een minor aan een buitenlandse universiteit in ons vaste minoraanbod.
Groeien
als geheel
Communicatie is de komende jaren een speerpunt in ons beleid. Meer dan ooit willen we studenten meegeven dat ze deel uitmaken van een groter geheel: de geboortezorg.
Dat ze zich altijd en overal bewust moeten zijn van hun positie en hun verantwoordelijkheid binnen het netwerk waarin ze zich bevinden. Nu als student, straks als professional.
Dat stelt andere eisen aan de manier van communiceren, en levert soms een spanningsveld op. Autonomie en zelfsturing gaan immers niet automatisch hand in hand met het initiëren van een dialoog en het maken van connectie. Wanneer je je bewust bent van je rol, kun je betere, weloverwogen keuzes maken.
Ook als organisatie dwingen wij onszelf om bewust te zijn van onze rol en verantwoordelijkheid. Intern en extern. Hoe gaan we om met onze studenten en met elkaar? Wie zijn we in de buitenwereld en hoe geven we daar invulling aan? Onze visie en onze gezamenlijke ambitie biedt hiervoor een helder kader. Duidelijkheid en volgbaarheid in de communicatie zijn de criteria: we weten altijd van elkaar waar we aan toe zijn.
We zijn allemaal met elkaar verbonden in kleinere en grotere netwerken. Alles wat we doen, heeft direct en indirect invloed..
Doelstellingen:
- We werken samen vanuit dezelfde visie en met dezelfde doelen.
- Docenten ervaren de communicatie tussen de verticale en horizontale leerlijnen als goed.
- Docenten en ondersteunend personeel ervaren elkaar als partner.
- De communicatie tussen MT en medewerkers krijgt in het medewerkersonderzoek een 7 als waardering (schaal 1-10).
- Studenten waarderen de communicatie tussen hen en de academie met een 3,8 (schaal 1-5).
- Geen medewerker is belangrijker dan het team, geen team is belangrijker dan de academie!